De weg is weg en ik moet naar Siberië

10 oktober 2021 - Klymkivtsi, Oekraïne

Na een hartelijk afscheid van Natasja, zijn we gisteren wat later dan gewoonlijk vertrokken richting Odessa, de parel van het zuiden. We gaan het meemaken. Vooraleer we aansluiting kunnen krijgen op de grote weg naar het zuiden, moeten we eerst nog heel wat kilometers door de binnenlanden. Het is de moeite waard. Dit is overduidelijk weer een heel ander deel van de Oekraine, veel vlakker, met aan onze rechterkant af en toe nog wat lage uitlopers van de Karpaten. Veel paard en wagens, zeer oude roestige landbouwvoertuigen en Lada's in het straatbeeld. Overigens zien de paarden in Oekraine er gezond en weldoorvoed uit, ze zijn van het robuuste type, en je hoeft er geen medelijden mee te hebben. Aan de kant van de weg soms nog een beeld van een vrouw met korenschoven onder de arm, geheel in Sovjet-stijl mozaïek. Juf Google heeft er zin in en raakt het spoor dit keer niet bijster, dus begin ik steeds meer vertrouwen te krijgen in haar aanwijzingen waarbij ik het ene na het andere minuscule dorpje passeer. De bossen zijn bij tijd en wijle prachtig, de beukenbomen en eikenbomen tonen hun wondere herfstpracht, en het land strekt zich glooiend voor me uit. Ik begin een idee te krijgen van hoe het moet zijn om door Noord-Amerika te rijden. The road ahead is empty..
Helaas is die road niet altijd even best, een parcours van haakse bochten, onverwachte ontmoetingen met stilstaande trucks, en veel wegenwerken. Die worden weliswaar aangekondigd, edoch de manier waarop ze dat hier regelen mag je wel heel speciaal noemen. Opeens is de weg weg, en na een flinke hobbel rijd je vervolgens op zand en stenen verder. De mannen prutsen met hun kleine machines onverstoord verder terwijl wij hotsend en botsend laveren tussen de gaten en hopen stenen. Ogen op de weg houden is het devies. Totdat zelfs dat niet meer lukt als ik op zeker moment tijdens een vrij lange onderbreking van het wegdek wordt ingehaald door twee snelle auto's. De stofwolk die zij veroorzaken beneemt me alle zicht, en op de tast rij ik verder, zekerheidshalve het midden aanhoudend, voorzover ik dat kan zien. Er zouden rechts wegenwerkers kunnen lopen, maar links komen ook af en toe tegenliggers. Gelukkig blijven de andere auto's braaf achter mij aan rijden en vormt de Crafter nu het hoofd van de karavaan. Als het einde in zicht is en ik net weer naar rechts wil gaan, draait er een monsterlijke shovel de weg op die doodgemoedereerd tegen de keer in rijdt. Ik kan hem op het nippertje ontwijken. Mijn engelbewaarder draait overuren deze reis. Ondanks het gebrek aan ruimte en comfort ben ik enorm blij met mijn kleine, lichte voertuig. De Crafter lijkt vrij moeiteloos over al deze oneffenheden heen te dansen. Dit geldt in mindere mate voor de lading. Hoewel ik het in Nederland zo goed mogelijk heb uitgetest en alles redelijk rammelvrij is opgeborgen, verschuiven de dingen in de kastjes wel wat naar de voorkant, de jassen zijn al eens van de kapstok gegleden bij extreem steile afdalingen en op zeker moment waren de gaten zo groot dat mijn hele bad, matras en dekbed incluis, op de vloer was gevallen. Die is niet erg schoon meer, dus vanaf dat moment sjor ik 's morgens de boel vast.
Niet heel lang na het vertrek, waarbij ik trouwens nog moet vermelden dat mijn harige zwarte ambassadeur het weer geflikt heeft, hij had vriendschap gesloten met Natasja, extra eten van haar gehad, en een nieuwe titel verworven "Ohtsjien Oemnie" (heel slim), rijden we een wat groter plaatsje binnen en mijn aandacht wordt getrokken door een standbeeld. Ik draai de grote parkeerplaats bij een soort van winkelcentrum op en parkeer de bus. Resten uit het communistisch verleden fascineren mij en zijn hier zeer moeilijk te vinden. Behalve het grote beeld is er ook een galerij van helden. Aan de overkant probeer ik nog wat Oekrainse roebels te pinnen, maar het apparaat kent geen Engels, en als het mijn kaart heeft ingeslikt en ik geen idee meer heb op welke knop ik moet drukken, begin ik lichtelijk te panieken.
De vrouw achter mij schiet te hulp, blijkbaar heb ik op toon saldo gedrukt, want er staat een krankzinnig bedrag aan groeblies op het scherm. Beetje gênant.. Ik gebaar en brabbel dat ik mijn kaart terug wil, en feilloos helpt ze me uit de brand. Heel soms voel ik echt wel dat ik ver van huis en alleen ben, en wil ik er niet aan denken dat er iets met de bus zou gebeuren of ik een belangrijk ding als een betaalpas zou verliezen. Ik overweeg een paar boodschapjes te doen, maar bij de wat grotere winkel zie ik allemaal ingewikkeld gedoe met mondkapjes, en daar heb ik nu echt geen zin in. Het is hier zo heerlijk vrij en ver weg van alle ellende. Ik ga op het bord Одежда (kleding) af, het is altijd leuk een kledingstuk uit een ander land mee te brengen als herinnering, en de muts die ik uit Nederland het meegenomen is niet warm genoeg voor deze barre temperaturen. De ingang van de winkel lijkt meer op een appartementengebouw. Een vrij smalle trap leidt naar beneden, achter de deur vind ik alleen huishoudelijke artikelen. Een verdieping hoger zit de levensmiddelenafdeling, en als ik het universele gebaar voor een muts maak stuurt de kassajuffrouw me nog een verdieping hoger. Daar wordt ik meteen benaderd door een van de twee winkeljuffrouwen. Ik vraag tjopli chapka en ze pakt een muts met het Nike-embleem uit het rek. Njet, die wil ik zeker niet. Vervolgens komt ze aanzetten met een Vogue-muts. Nee, nee, ik wil als rechtgeaarde toerist natuurlijk een lokale muts. We vinden een hele leuke met een kwastje, die qua dessin past bij mijn Karpatische bodywarmer van konijnenbont.
Bij de kassa wordt ik aangesproken door een man die vraagt of ik Engels spreek. Hij informeert waar ik naartoe ga. Odessa, antwoord ik, want na alle Russische boeken die ik vroeger gelezen heb, wil ik deze stad wel eens met eigen ogen zien. Ook vertel ik hem dat ik eigenlijk naar Rusland had willen reizen, maar dat meneer Putin geen visa verstrekt aan Nederlanders vanwege het MH-17 debacle. Ik weet niet eens zeker of dat de reden is, het is een vermoeden mijnerzijds. Bij het horen van de naam van de Russische president beginnen zijn ogen vuur te schieten. Oeps, gevoelig onderwerp. Wat ik wel niet denk, en hoezo, hou jij van Rusland? De rotzakken hebben onze mensen vermoord en terecht dat onze jongens dat vliegtuig uit de lucht hebben geschoten. Oh, oh, dit is foute boel denk ik, en alles wat ik daarna nog uitkraam lijkt het alleen maar . Don't talk politics! Was ik dat even vergeten in mijn begeestering over het grote Moederland. Hij gaat maar door met fulmineren en eindigt ermee mij te zeggen dat ik kan oprotten naar Siberië.
Gelukkig vertrekt hij en ik wissel blikken van verstandhouding met de beide vrouwen achter de toonbank. Weer een wijze les geleerd. Odessa is Oekraïens en waag het niet om daar anders over te denken, geschiedenis of niet.
Na dit intermezzo vinden we al gauw aansluiting op de hoofdweg en in waanzinnig mooi strijklicht rijden we de laatste kilometers van de dag. We overnachten bij een truckstop in Amerikaanse stijl waar ik een Oekraïense hamburger eet. Fijn slapen in mijn eigen warme bedje.

Foto’s

6 Reacties

  1. Marja:
    10 oktober 2021
    Jeetje, wat een avontuur weer! Wel gezellig met je hond erbij. Ik heb ook mijn hond altijd meegenomen. Die hond komt ook in veel landen op deze manier😉😄
    Ik kijk uit naar het vervolg van je reisverslag. Zo leuk om te lezen!
  2. Bernadette:
    10 oktober 2021
    Prachtige schrijfstijl Pauline, ik kan me zo een voorstelling maken van weer dit avontuur. Op de foto zie je der goed uit!!!!
  3. H.J.:
    10 oktober 2021
    Prachtig verhaal . Dus nooit zelf beginnen over politiek . Gewoon afwachten , dan beginnen ze zelf wel 😉😎
  4. Ingrid:
    11 oktober 2021
    Haha, nu weet je wat je in’t vervolg vooral wat je NIET moet vertellen. Ben je al in Siberië?😜
  5. Moon:
    11 oktober 2021
    Tsjesus, duidelijk lesje geleerd. Maar Odessa ligt te lonken naar 'heel slim en 'heel dapper '.
  6. Pauline van Meegeren:
    13 oktober 2021
    Hehe, ik snap de woordspeling :)